Het bestuur legt verantwoording af aan het verantwoordingsorgaan (VO) over het beleid en de uitvoering daarvan. Het VO mag aan de hand van het bestuursverslag, de jaarrekening en andere informatie, zoals de bevindingen van het intern toezicht, oordelen over het handelen van het bestuur.
Met de ingang van de Wet toekomst pensioenen per 1 juli 2023 zijn bepaalde bevoegdheden van het VO aangescherpt. Het VO mag onder meer een oordeel geven over gerealiseerde uitvoeringskosten en de beleidskeuzes die van invloed zijn op de toekomstige uitvoeringskosten.
Het VO constateert dat het bestuur voldoet aan wet- en regelgeving. Ook zijn in 2023 de nodige fondsdocumenten geactualiseerd. De fondsdocumenten zijn actueel en voldoen aan de geldende eisen. Verder bracht het VO in het verslagjaar positief advies uit aan het bestuur over:
- het jaarverslag 2023;
- een specifiek profiel voor een zetel in het niet-uitvoerend bestuur;
- een communicatieplan, specifiek gericht op de transitieperiode;
- de aanpak rondom de invulling van de Open norm keuzebegeleiding;
- de aanpassing van het klachtenreglement; en
- de premiestelling 2024.
Daarnaast zijn er verschillende voorstellen bij het verantwoordingsorgaan getoetst, zoals de update van de pensioenreglementen I en II per 1 januari 2024, de indexatie over de pensioenaanspraken per 1 januari 2024 en de update van de Richtlijnen Vermogensbeheer 2024.
Samenvattend oordeelt het verantwoordingsorgaan dat het bestuur in 2023 wederom een verantwoord beleid heeft gevoerd, waarin de belangen van alle betrokkenen evenwichtig zijn afgewogen.
Eigen functioneren
In 2023 heeft het verantwoordingsorgaan ook het eigen functioneren geëvalueerd. Een belangrijk actiepunt dat uit deze zelfevaluatie naar voren is gekomen, is het standpunt van het VO dat het van belang is dat de bezetting gewaarborgd blijft. Het VO acht dit cruciaal in deze tijden van transitie, waarin ingrijpende keuzes worden gemaakt.