De niet-uitvoerende bestuurders zijn verantwoordelijk voor het intern toezicht. Zij leggen daarover verantwoording af aan het verantwoordingsorgaan en in het jaarverslag.

Verantwoording toezicht door niet-uitvoerende bestuurders

De niet-uitvoerend bestuurders hebben deelgenomen aan alle bestuursvergaderingen. Daardoor was er goede communicatie met de uitvoerende bestuurders. De niet-uitvoerende bestuurders vergaderden ook twee keer apart over hun werkwijze. De Auditcommissie was daarbij aanwezig. De niet-uitvoerende bestuurders hebben verder met het Verantwoordingsorgaan vergaderd. Zo wordt gewerkt aan een effectief en slagvaardig functioneren. Uit onderzoek van De Nederlandsche Bank en uit de rapportage van de Auditcommissie komt naar voren dat op onderdelen de uitvoerende taak van de uitvoerende bestuurders en de toezichthoudende taak van de niet-uitvoerende bestuurders  nog scherper tot uitdrukking kunnen worden gebracht. In 2018 wordt aan dit aspect aandacht besteed.

Er is toezicht gehouden op:

  • de algemene gang van zaken in het pensioenfonds
  • adequate risicobeheersing
  • evenwichtige belangenafweging, bijvoorbeeld ten aanzien van bestuursbesluiten over (inhaal)indexatie en premievaststelling
  • effectieve communicatie
  • evaluatie van de invoering van het omgekeerde bestuursmodel
  • het uitbestedingsbeleid
  • vaststelling van het risicoprofiel van de beleggingen
  • risico’s van uitbesteding
  • integriteit van het bestuur

De niet-uitvoerende bestuurders konden zich vinden in de wijze waarop uitvoering is gegeven aan het beleid door de uitvoerende bestuurders.