Pensioen is een ruim begrip. Meestal bedoelen we met pensioen het inkomen dat u ontvangt sinds het moment dat u stopte met werken. U ontvangt pensioen:

  1. van de overheid
  2. van één of meer pensioenfonds(en) of -verzekeraars, en
  3. van een bank of verzekeraar als u zelf hebt gespaard voor extra pensioen.

Deze website gaat over het pensioen dat u ontvangt van het PNB. Hieronder vindt u het volledige plaatje van het Nederlandse pensioensysteem.

1. Overheid 

Sinds het moment waarop u stopte met werken, ontvangt u in principe geen salaris meer. Nu is het in Nederland in de wet geregeld dat mensen meestal een uitkering krijgen:  

  • wanneer ze met pensioen gaan
  • wanneer ze arbeidsongeschikt raken, en
  • wanneer hun partner overlijdt.

Deze wettelijke uitkeringen zijn: 

  • AOW Afkorting voor Algemene Ouderdomswet. Op grond van deze wet ontvangt u vanaf een bepaalde leeftijd een ouderdomspensioen van de overheid.
  • WIA Afkorting voor Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen. Een uitkering van de overheid voor mensen die arbeidsongeschikt zijn. (opvolger van de WAOAfkorting voor Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering. Een uitkering van de overheid voor mensen die arbeidsongeschikt zijn.)
  • Anw Uitkering die uw partner mogelijk krijgt van de overheid als u komt te overlijden.

Voor deze uitkeringen gelden voorwaarden. Meer informatie staat op de websites van de Sociale Verzekeringsbank en het UWV.

2. Pensioenfonds of -verzekeraar

Toen u nog werkte, heeft uw werkgever premie betaald voor de opbouw van uw pensioen. Afhankelijk van uw functie hebt u wellicht zelf ook premie betaald. Nu u met pensioen bent, ontvangt u van een pensioenfonds en/of van een pensioenverzekeraar een aanvullend pensioen.

3. Bank of verzekeraar

Misschien hebt u, toen u nog werkte, zelf extra pensioen geregeld. Misschien hebt u bijgespaard, belegd of een aanvullende verzekering afgesloten. Koopsompolissen en lijfrentes zijn hier voorbeelden van. Als u dit hebt gedaan, krijgt u extra inkomen van uw bank of verzekeraar.